Menu
Menu
Winkelwagen

Zilveren Sceatta, de oudste Nederlandse munt uit Dorestad! (D22129)

Zilveren Sceatta, de oudste Nederlandse munt uit Dorestad! (D22129)
Verkocht
Zilveren Sceatta, de oudste Nederlandse munt uit Dorestad! (D22129)
  • Beschikbaarheid: Verkocht
  • Model: Sceatta porcupine
€ 225,00

Friese Sceatta. Circa 695-740. AR Sceatta (11 mm, 0,72 g). Dorestad  Voorzijde: Boog met links daarvan stekelharen, een driehoek aan de boog vast. Stippen onder de driehoek. / Keerzijde Gepareld vierkant, ring in het midden met daarin een bolletje. Daaromheen vier streepjes met aan een eind een bolletje, twee aan twee parallel. .  S. 790 D. Metcalf p. 217. Prachtig

Een sceatta (spreek uit: sjatta) is een klein zilveren muntje met een doorsnede van ongeveer 12 millimeter en een opmerkelijk hoog reliëf dat van het jaar 670 tot rond 800 in gebruik was voor de handel rond de Noordzee, vooral tussen de Angelsaksische koninkrijken, Groot-Friesland en Denemarken. Het munttype paste in de Europa-wijde transitie van gouden munten naar kleine zilveren exemplaren. Er zijn meerdere soorten van deze munt bekend, waarbij elke soort in de literatuur door een serieletter en waar nodig een typeaanduiding wordt aangeduid (serie A t/m E).Deze vroegmiddeleeuwse Sceatta is te dateren rond het einde van de 7de eeuw tot begin 8ste eeuw na Christus. Sceatta`s waren een van de eerste echte Nederlandse-Friese munten die werden geslagen op het Nederlands-Fries grondgebied. Deze Sceatta`s werden geslagen in het oude Friese rijk ten tijde van o.a. de Friese Koning Redboud waarschijnlijk in Dorestad en Wijnaldum.

De voorzijde wordt in het algemeen gevormd door een boog met links daarvan een aantal strepen die geworteld lijken op de boog, met rechts daarvan dwarsstrepen, driehoeken of andere vormen. Wat het moet voorstellen is nog steeds een raadsel. Momenteel noemt men deze serie in het algemeen het stekelvarkentype (Engels: porcupine), hoewel dit waarschijnlijk niet de juiste beschrijving is. Marie de Man, conservator munten en penningen van het Zeeuws Genootschap van 1889 tot 1933, beschrijft het als een verbasterd gezicht, terwijl anderen spreken over een wolf met de tweeling Romulus en Remus, de mythologische stichters van Rome die vaak op Romeinse munten werden afgebeeld. Een insect, een vogel of een inktvis worden ook genoemd.