- Beschikbaarheid: Op voorraad
- Model: Aristobulus
Deze munt is in 2020 op veiling Leu 14/556 verkocht voor 3700 euro ex veilingkosten. Een van de mooiste bekend! Aristobulus was de achterkleinzoon van Herodes de Grote en was getrouwd met de beruchte Salome. In Salome's eerdere huwelijk met haar oom Herodes Filippus, een zoon van Herodes de Grote, danste ze voor Herodes Antipas en eiste ze het hoofd van Johannes de Doper.Deze munten werden geslagen tussen 66/67 en 70/71 onder Titus wat overeenkomt met het begin en het einde van de Joodse Oorlog. Dit geeft niet alleen waardevolle informatie over de duur van Aristobulus' heerschappij als koning van Armenië Minor, het suggereert ook dat hij de behoefte voelde om openbare trouw aan de Romeinen te tonen in een tijd waarin de romeinen vochten tegen de opstand van de gelovigen van de koning in Palestina. In feite is de opmerkelijke vermelding van Titus, de commandant van Rome in Judea, in plaats van keizer Vespasianus op de keerzijde van deze uitgave een sterk argument ten gunste van een toewijzing van de serie aan Antiochië of, eerder, Chalcis, in plaats van aan de Armeense hoofdstad Nicopolis ad Lycum: misschien steunde Aristobulus actief de Romeinse oorlogsinspanningen vanuit een basis in de geboortestad van zijn familie. Desalniettemin laat de invoering van een nieuwe burgerlijke jaartelling in Nicopolis ad Lycum in 71/2 zien dat de koning kort daarna door Vespasianus werd aangesteld als koning van Armenië Minor. Dit impliceert echter niet noodzakelijk ontevredenheid met het keizerlijke gezag, aangezien het waarschijnlijk is dat hij vervolgens het kleine cliëntkoninkrijk Chalcis ad Belum kreeg toegewezen, waar een Aristobulus als koning wordt vermeld in 72/3.
Denominatie:Oktachalkon
Conditie:
Zeer fraai
Formaat:
25 mm
Gewicht:
11,78 gram
Periode:
70-71 na Christus (jaar 17)
Muntplaats:
Chalkis
Muntsnede:
-.-
Voorzijde:
BACIΛEΩC APICTOBOYΛOY ET IZ Gedrapeerde buste van Aristobulus naar links met diadeem, klop op zijn nek.
Achterzijde:
TITΩ / OYECΠA/CIANΩ AY/TOKPATO/PI CEBAC/TΩ in regels
Referentie:
RPC II 1692. voor klop, Kovacs p. 79, 24